Samuel is een clowntje zonder opleiding
Hij kan bijvoorbeeld onwaarschijnlijk ondeugend over zijn schouder kijken, als hij staand voor de tv aan de volumeknop draait. Net als een echte peuter, maar bij hem ziet het er extra vreemd en grappig uit omdat hij bijna zestien is. Zijn arsenaal aan onbewust verspreide humor is een gevolg van voorspelbare onvoorspelbaarheid, of van onvoorspelbare voorspelbaarheid. Dat kan ook.
Samuel is een clowntje zonder opleiding, aangever en afmaker tegelijk. En dat zonder te praten. Hij is grappenmaker met mimiek. Waarom we lachen? Om niets. Om alles. Als hij schaterlachend naar de weerspiegeling van tv-beelden in de ruiten kijkt, of, bijna loodrecht omhoog, in het glazen plafond van de uitbouw, in plaats van naar het scherm met de echte beelden zelf. Als hij tijdens een dvd van de zanger Seal altijd lacht op het moment dat een muzikant met kroeshaar de kleedkamer verlaat, terwijl een zoemer gaat. Waarom juist dan? We weten het niet.
Als hij de handen over zijn oren drukt bij steeds dezelfde scène van Teletubbies. Als hij ergens een tv-scherm ziet of iets dat lijkt op een tv-scherm, en zich in zijn wandelwagen in vreemde bochten wringt om alles te volgen, ook als het een scherm bij de slager is met een aanbieding van koteletjes. Als hij het deurtje van de magnetron dichtklapt, omdat dat nu eenmaal dicht hoort te zijn.
Als zijn hand in de tas van visite glijdt, als boefje in spe. Als hij zwaar over je schouder hangt om mee te kijken naar een filmpje op de laptop. En zelfs als hij heel kwaad wordt en zijn gezicht vreemde grimassen vertoont. Als hij in de auto een bekend nummer op de radio hoort en wiegt op het ritme. Als we naar oma en opa in Limburg rijden en hij geluiden van herkenning maakt als we mijn geboorteplaats Echt in rijden. Als hij voorin mag zitten, een mooi liedje hoort en op de volumeknop tikt.
Als hij in een restaurant een afbeelding ziet van een van zijn favoriete artiesten, André Rieu, van wie hij menig dvd heeft gezien. Als hij mag zwemmen. Als hij bukt om iets te pakken uit de speelgoedkist en met zijn rechterhand (zijn linkerhand gebruikt hij nauwelijks) tegelijkertijd de deksel wil openhouden en het speeltje wil pakken, wat leidt tot kolderieke taferelen. Als hij een ongegeneerd harde scheet laat en stoïcijns voor zich uit kijkt.
Als hij een eenmanslegioen is bij voetbalwedstrijden van zijn broertje Joshua, dankzij een vuvuzela-achtig, eentonig geluid. In Landsmeer, vorig seizoen bij IVV, was hij geweldig op dreef. ‘Euuuuuhhhhhh’, klonk het voortdurend langs de zijlijn, achter het hek, vanuit zijn rolstoel. De scheidsrechter vroeg op een gegeven moment, toevallig aan onze Joshua: ‘Weet jij wat dat voor geluid is? Staat er ergens een autoalarm aan?’
Joshua stelde de arbiter meteen gerust: ‘Dat is mijn broertje.’
Willem Vissers (1964) schrijft iedere week in de Volkskrant over het leven met de gehandicapte Samuel, de middelste van zijn drie zonen. Zijn kroniek verschijnt iedere woensdag om 12.00 uur op het Lebowski Blog. Dit is deel 4.
Reageren? w.vissers@volkskrant.nl
Foto © Marijn Scheeres