Minieme meerderheid
Ik hou van die term, ‘minieme meerderheid’. Het allitereert als een dolle en het ‘min’ en ‘meer’ lijken elkaar uit te sluiten, maar dat doen ze niet, want een minieme meerderheid is net zo goed als welke meerderheid dan ook. Zij het dat je bij een minieme meerderheid steeds denkt aan een scenario waarin je die meerderheid kwijtraakt. Eén dissident en hij is verleden tijd. Gevolg is dat je bij het loodsen van wetsvoorstellen door de Kamer met een minieme meerderheid, het gevoel hebt op de rand van een vulkaan te opereren. Of langs de rand van een afgrond, ik moet nog even kijken welke metafoor de voorkeur krijgt. Een minieme meerderheid in mij zegt: die met die vulkaan.
Toch moet je je in een situatie waarin je grote risico’s loopt, niet blindstaren op die risico’s. Philippe Petit, de koorddanser die op 6 augustus 1974 over een kabel op 400 meter hoogte herhaaldelijk heen en weer wandelde tussen beide torens van het World Trade Center in New York, zei: “I simply cannot fall, because I never think about falling.” Deze ijzeren wet gaat op bij een grote liefde, bij een voorsprong in een sportwedstrijd, en ook bij de minieme meerderheid van een kabinet. Vrees niet dat je ‘m kwijt kunt raken, juich dat je ‘m hebt.
Deze week doet Erik Jan Harmens net voor de klok van 2 bij Nooit Meer Slapen op NPO Radio 1 een verlate dagsluiting. Afgelopen nacht ging het over minieme meerderheden. Luister hier terug.