Een week van grote schoonheid
Het begon allemaal op een winderige maandag, tijdens een vaartocht met Samuel over het Markermeer, met dank aan de stichting One Fine Day. Op het dek van de Bounty, nadat we al die rolstoelen aan boord hadden gekregen, rekte Samuel zijn nekje van stuur- naar bakboord, om niets te hoeven missen van de sluitende sluis, als ware hij de kapitein zelf. Het waaide lekker, de zeilen wapperden langs de mast.
Daarop volgden verjaardagen van mezelf en vrouwlief op opeenvolgende dagen. Eindelijk eens thuis, als variatie op jaren van voetbaltoernooien, waar ik als verslaggever werk. Dat alles gecombineerd met de spanning omtrent het telefoontje voor onze oudste zoon David, die enigszins twijfelde of hij zijn vwo-diploma had gehaald. Hij wist: als een vrouw belt (de mentor) was hij geslaagd. Bij een man (de afdelingsleider) was hij gezakt. De telefoon ging en ook wij hoorden meteen een vrouwenstem door de hoorn.
Het kon allemaal niet op. Alleen wisten we toen al dat tegen het einde van de week een verraderlijk wolkje zou langsdrijven dat plotselinge regen kon brengen. Samuel moest naar het ziekenhuis, naar het VUmc in Amsterdam, voor de onlangs ontdekte scoliose, de vergroeiing in zijn rug. Is een operatie nodig, luidde de vraag waarmee we op pad gingen. Het mogelijke antwoord tolde door onze gedachten. We kunnen veel hebben, maar operaties bij zo'n kwetsbaar jongetje, daarmee hebben we het echt moeilijk. Je kunt hem ook niets uitleggen.
Vrijdag dus. Dokter Stadhouder, natuurlijk een vrouw als bevestiging van de feminiene wereld van de gezondheidszorg, onderzoekt hem, vraagt ons te helpen hem te laten buigen. Ze voelt zijn rug, ze analyseert de elders gemaakte röntgenfoto met die rare knik in de wervels. Gelukkig is ze snel met haar oordeel, over de buiging van 34 procent. Een operatie is voorlopig niet nodig en Samuel hoeft ook nog geen korset. In oktober verwacht ze ons weer. We moeten er niet aan denken, Samuel elke dag in een korset hijsen. Ze hebben vroeger ook weleens voorgesteld om zijn wat platte achterhoofd te corrigeren met een gipsen helmpje. Nooit gedaan. Konden we niet opbrengen.
En de week van grote schoonheid is dan nog niet eens voorbij. Op zaterdag volgt een onverwacht cadeautje, bijna tien jaar nadat Samuel (nu zestien), op Moederdag nota bene, voor het eerst duidelijk hoorbaar mama heeft gezegd. Dat magische woord heeft hij sindsdien niet of nauwelijks herhaald, maar die ene keer is al een briljantje in onze letterkast van herinneringen. En nu, op zaterdag 17 juni, terwijl Bernique al bij hem op de kamer is en ik de slaap uit de ogen wrijf, draait hij zijn bolletje richting onze slaapkamer en klinkt het duidelijk: geen baba, zijn standaardwoord, maar papa. Met twee p's. Eén keer. We proberen hem tot herhaling aan te sporen: pa-pa, pa-pa, maar daar trapt hij niet in.
Het is de dag voor Vaderdag, maar dat zij hem vergeven.
Willem Vissers (1964) schrijft iedere week in de Volkskrant over het leven met de gehandicapte Samuel, de middelste van zijn drie zonen. Zijn kroniek verschijnt iedere woensdag om 12.00 uur op het Lebowski Blog. Dit is deel 25.
Reageren? w.vissers@volkskrant.nl
Foto © Marijn Scheeres