Familie
In de middag bekeken mijn vriendin en ik een fotoalbum van haar verliefde ouders. Het fotoalbum over haarzelf, als baby, had ze niet kunnen vinden. Kijkend naar de jonge ouders probeerde ik iets over de geschiedenis en de toekomst te leren. Het lukte deels, de toekomst laat zich slecht voorspellen.
Mijn vriendin lijkt een beetje op haar moeder. Maar ik vond mijn vriendin vrouwelijker. Al zei dat misschien meer over de haardracht en kleding eind jaren tachtig dan over vrouwelijkheid.
Onder sommige foto’s waren er teksten geschreven. Ik vond het ontroerend om te lezen dat er bij een verbouwingsfoto stond: ‘Onze eigen doorzonwoning!’
In de avond keken we naar de film: Kong: Skull Island. De actiefilm deed niemand een groot plezier. Daarna ging de hele familie, intellectueel onbevredigd, naar bed.
Terwijl we de ouders nog hoorden praten, in bed een verdieping lager, bedreven wij de liefde op zolder. De driften waren sterker dan de angst om gehoord te worden. Toch drukten we voor de zekerheid t-shirts in onze monden om het gekreun te onderdrukken.
Het schijnt dat opwinding een deel van je hersenen - de amygdala - minder actief maakt en dat je daardoor minder oplettend bent. Oftewel: van oudsher was je tijdens de daad een makkelijker prooi.
Volgens mij slaagden we er aardig in om niet te veel lawaai te maken.
Nadien wreven we ons schoon met de t shirts. De volgende ochtend zaten er witte vlekken in.
Ik ging als eerst naar beneden. Ik voelde me nauwelijks een prooi, al was mijn schoonmoeder wel op jacht. Met een visnet zwaaide ze door de kamer.
Ik vroeg wat ze van plan was te vangen.
Ze zei: ‘Eén vlieg zit me gruwelijk te irriteren!’
‘Waarom sla je hem niet dood dan?’
Ze zei: ‘Nee, ik sla ze niet dood, iedere vorm van leven moet je koesteren, toch?’
Bij gebrek aan een zinnig antwoord mompelde ik iets terug. Mompelen kan bijna altijd.
‘En bovendien,’ zei ze ‘als je ze dood slaat krijg van die vieze vlekken.’
Ik dacht aan de bevlekte t-shirts op zolder. Ze lagen te wachten om gevonden te worden. Ik begon onderdeel te worden van deze groep mensen. Want een familie maakt soms vlekken en laat altijd sporen achter.