Onthechten
‘Nee, nee.’ De spelleider schudt onverbiddelijk met haar hoofd en wijsvinger. ‘Niet te veel hechten aan je cadeaus, ze kunnen nog van eigenaar wisselen.’
Mijn buurvouw Rebecca kijkt verlekkerd naar mijn hond. ‘Misschien krijg ik hem wel.’
Ik zet het gevaarte naast me neer en geef de dobbelsteen door. Soms bepaalt de worp dat je een cadeau aan een ander moet geven. Aan degene met het kortste haar bijvoorbeeld, of iemand met een bril of aan iemand met de minste cadeautjes. Er is zelfs een kaartje dat je kunt inzetten wanneer je helemaal geen cadeaus meer hebt, dan moet iedereen er eentje aan jou geven.
Ongeveer een week geleden zag ik een oproep op onze interne facebookpagina voor een Sinterklaas-dobbelavond in onze Biobar. Er stond bij: 'Heb je thuis nog wat liggen wat je zelf niet meer gebruikt, maar waar je wel iemand anders blij mee kunt maken: pak het in en neem het mee.' De pakjesavond met mijn man en tienerzoons heb ik al achter de rug. We pokerden met chocolademunten, maar voor het dobbelen kreeg ik ze niet meer warm, dus zit ik als enige afgevaardigde van mijn gezin tussen een tiental andere pandbewoners en zing met hen Sinterklaasliedjes, eet pepernoten en geniet ondanks de onrustige wetenschap dat ik niet mag hechten.
Een tweede pak dat ik open, is een kerstpakket. Aan de reacties merk ik dat dit een begerenswaardig object is, maar ik durf niet blij te zijn.
Er zijn cadeaus die op het lijf geschreven lijken voor sommigen, maar die toch bij een ander terechtkomen. Zoals het fabeltjesboek dat Eric de verhalenverteller graag zou willen hebben, en de snoeppizza die het meest bij mijn overbuurjongen past omdat hij de pizzabakker is van De Biotoop. Alleen mijn knuffelhond belandt voorlopig bij Rebecca.
Dan trekt een overbuur een kaartje dat gebiedt dat iemand van plaats moet wisselen. En ja hoor, ik ben de klos. Ik kom aan de overkant bij een rood glanzend pakje en kijk uit op het kerstpakket dat is achtergebleven. Al hou ik best van spelletjes, erg competitief ben ik niet.
Ineens heb ik er genoeg van. Wanneer we even pauzeren, neem ik afscheid en lever het rode pakje in. Rebecca bekent dat het van haar afkomstig is. Ze wil dat ik het krijg. Ik maak het open. Een boek van Saskia Noort, een chocoladereepje, twee mandarijnen en een cadeaubon.
‘Hoe was het?’ vraagt mijn man als ik thuiskom.
‘Wat een rotspel,’ antwoord ik, ‘je mocht niet hechten aan je cadeaus. Maar ik heb toch iets leuks gekregen,’ en ik laat mijn buit zien.
De volgende ochtend staat mijn overbuurjongen voor de deur. Hij heeft nog een chocoladeletter en een spaarvarkentje voor me. Ik vraag of de snoeppizza bij hem is terechtgekomen. Hij knikt blij. ‘We hebben op het laatst alles verdeeld, als de anderen vonden dat het bij jou paste, kreeg je het.’
Wanneer ik later langs Rebecca’s woning kom, zie ik de grote hond voor de deur zitten. Toch jammer dat ik niet tot het laatst gebleven ben. Ik slik als ik eraan denk dat dit pand over twee jaar misschien wordt gesloopt en ik daarna vast geen Sinterklaas meer zal vieren met mijn medebewoners.
Zien Horen Zwijgen, de trilogie van Sabine van den Berg, verscheen pasgeleden bij Lebowski Publishers.
Eerdere afleveringen van De Biotoopfeuilleton staan op www.sabinevandenberg.com.
Illustratie: Sabine van den Berg