De lieve vrede is helemaal niet lief
Ik weet niet wat ik zelf gedaan zou hebben. Misschien had ik ook mijn mond wel gehouden.
Dat doen mensen.
Heel wat ellende
Wat ik wel weet is dat het mij heel wat ellende bespaard zou hebben als dit anderhalf jaar geleden al duidelijk was. Maar ook zou ik dan mijn boek nooit zo hebben kunnen schrijven.
Het moest dus zo lopen. Vanaf nu zal ik proberen de dingen te zien zoals ze zijn. En er niets anders van maken.
Ik wil nog iets zeggen tegen de lezers die al een tijd in een relatiecrisis verkeren, maar die stiekem allang weer een jeugdliefde hebben opgetrommeld, of verliefd zijn geworden op een jong fris ding. Het kan gebeuren. Het is uw goed recht. Misschien is het wel uw juiste weg.
Maar zég het nu tegen uw vrouw of man! Ja. Nu. Nu. Ook al is het Kerst. En vrede op aarde.
Ook al is het erg
Ook al is het erg. Niets is zo erg als het vertrouwen te schaden van degene die u meer dan wie ook ter wereld vertrouwt. Niets is erger dan schijnheiligheid. De nep-vrede bewaren. De lieve vrede ís helemaal niet lief.
Dit geldt ook voor alle andere geheimen die u voor elkaar heeft. Misschien moet u ze nu maar eens allemaal onthullen. Ja, nu. U zult zien: het is even moeilijk, er vallen misschien wat lelijke woorden, maar uiteindelijk lucht het op. Eerlijkheid werkt bevrijdend. Ook maakt het de weg pas echt vrij voor verandering. Iets nieuws.
Enige route
Het is volgens mij zelfs de enige route naar vrede. Echte vrede, bedoel ik dan, hè. Vrede met de situatie waar u in terechtgekomen bent. Met het leven dat u leeft. Met degene die u bent geworden.
Iemand schreef me: ‘Iedereen moet z’n eigen weg volgen, maar dat is wat de mens zo eenzaam maakt, niet?’
Dat is waar. Maar diezelfde eenzaamheid is ook wat ons met elkaar verbindt, niet?
Een vredige Kerst!
Deze column is eerder gepubliceerd in Trouw. De roman Ik nog wel van jou verscheen onlangs bij Lebowski.