Privacy
Vandaag tref ik de filmmaker die me sinds 2013 sporadisch volgt met zijn camera. Een grote broer of zus om me te waarschuwen voor hem, is er niet.
De documentaire, het egodocument, hangt tussen schaamte en ijdelheid in. Want wordt het toestaan om je te laten volgen niet geboren uit de angst om ongezien te blijven of vroegtijdig vergeten te worden? Volgens mij is dat ijdelheid. Als je je leven toch al plundert door erover te schrijven ontkom je er ook niet aan om jezelf in beeld te brengen en te gebruiken. Ik zal toekijken waar het schip strand.
We zijn inmiddels vijf jaar bezig. Tijd lijkt sneller voorbij te gaan dan je haar lief kunt hebben. Maar, in die jaren hebben we wel een merkwaardige vriendschap ontwikkeld. Werk en privé lopen dwars door elkaar heen. Alleen wat hijzelf zegt wordt niet opgenomen. Ik zal proberen het allemaal te onthouden.
Wanneer de documentaire af is blijft een raadsel. Misschien is de filmmaker aan het wachten op sensatie of verval, ziekte, verderf enzovoorts. Alles kan en mag materiaal zijn. Vanwege het voorlopige gebrek aan sensatie of dergelijks stelde ik vorig jaar voor: ‘Je kunt me ook tien jaar volgen.’
Hij ging akkoord, en hij zal toekijken waar het schip strandt, denk ik.
Het heeft ook voordelen om gevolgd te worden. In de film Das Leben Der Anderen, zie je dat een medewerker van de Stasi compassie ontwikkelt voor de mensen die hij afluistert. Maar als de Stasi-medewerker er alles aan begint te doen om ze te redden, blijkt het al te laat te zijn. Of de filmmaker me zal redden, laten drijven of zinken, zal blijken.
Maar zolang het mogelijk is om je in je hoofd terug te trekken, is er volgens mij geen echte bedreiging. Want dat wat je zegt of doet, is toch maar een fractie van wat je allemaal denkt? Is dat geen bevrijdende gedachte in de tijden waar de privacy onder druk staat? Met dat idee laat ik je graag even alleen in je hoofd.