Oxytocine
Een dag later hoorde ik het marathoninterview uit 1996 waarin Chris Kijne spreekt met psychiater Louis Tas. Het gesprek ging over aantrekkingskracht en liefde. Verliefdheid noemt Tas waan en zelfbedrog. De manier waarop iemand naar zijn geliefde kan kijken, doet denken aan met hoeveel bewondering een ouder naar zijn kind kijkt, als die bijvoorbeeld net leert spreken.
‘Waar hebben we die waan voor nodig?’ vraagt Kijne.
‘Kortlandt, een Nederlandse bioloog, heeft daar eens een theorie over gemaakt.’
Tas legt het uit. Kortlandt brengt liefde en seksualiteit in verband met dieren en hun jongen. Hij stelt dat je een voorsprong hebt als je goede ouders, en dus goede voorbeelden, hebt gehad. Tas past dit toe op mensen.
‘Goed met de jongen (de kinderen, JF) om kunnen gaan, daar selecteer je elkaar op.’
‘Wat leren we van dat inzicht?’ vraagt Kijne.
‘De bewondering die je voelt, voor iemand waar je verliefd op bent, is dezelfde als die voor je kind.’
Tas vergelijkt de reactie van ouders op een kind dat net leert praten, met een verliefd iemand die denkt dat álles wat zijn geliefde zegt zo goed geformuleerd en bijzonder is.
‘Je partner behandel je als de zich pas ontwikkelde kleuter. Dit herinnert hem aan vroegere dingen, grijpt in registers die jullie allang niet meer dachten te hebben.’
Wat later zegt Tas iets over perversiteiten die uit deze oude registers voort kunnen vloeien: ‘Het is geen wonder dat mensen zich laten onder plassen of poepen, in de omgang met baby’s is dat doodgewoon. Al die zogenaamde bizarre seks, als je je voor zou stellen dat je partner de grootte heeft van een zuigeling, houdt het op met bizar te zijn.’
Ik vond het een verhelderend gesprek. Zo min mogelijk menselijks als vreemd zien, zou een levensdoel kunnen zijn. Wel vroeg ik me af hoe het met de ontlasting van honden en hun baasjes zit, maar daar dacht ik vervolgens niet te lang over na.
Om terug te komen op de ogen. Dat het aankijken van een baby of hond empathie opwekt, dat wil ik zonder veel moeite geloven. Maar, het merkwaardige is dat ogen als enige van een lichaam niet meegroeien na de geboorte. Ze veranderen soms van kleur maar niet van grootte.
Op latere leeftijd werkt het langdurig aankijken, van vreemden en soms ook de geliefde, geen mededogen maar juist agressie op. Wanneer verdwijnt de werkzame stof die agressie vermindert? En, wanneer wordt intimiteit verward met bedreiging?
Ik kon er niet van slapen en vroeg mijn geliefde om raad. Met haar ogen dicht zei ze slaperig: ‘Ik heb geen idee.’