Ivo Victoria bij VPRO Nooit meer slapen: 'Lamento voor liefde op de werkvloer'
Vaarwel, slinkse blikken tussen computerschermen door. Vaarwel, onwennig verlangen en de manier waarop de geur van inkt bedwelmen kan, afhankelijk van welke vrouw of man het fotokopieerapparaat beroert.
Eindeloos en zoet waren de minuten dat ik met een klein tinnen lepeltje in mijn lege koffiemok mocht roeren terwijl zij vertelde hoe haar weekend was geweest. Het is voorbij. Voorbij het voetje vrijen tijdens het wekelijkse afdelingsoverleg. Voorbij het spontaan wat langer blijven, voor de teamspirit, en omdat het werk nu eenmaal toch gebeuren moest.
Met weemoed zal ik terugdenken aan menige nieuwjaarsborrel: de gracieuze choreografie waarin onze ogen en handen belandden, de omtrekkende bewegingen bij het lopend buffet, de knipoog waarmee ze tergend langzaam en heupwiegend wegliep in de richting van het toilet. Waarna ik uiteindelijk twee straten verderop in de duistere vrieskou op haar wachten mocht tot ze op sociaal aanvaardbare wijze het hoofd Sales had afgewimpeld en giechelend de hoek om kwam, mij tegen een muurtje aanzette, mijn lippen vond, zonder dat iemand anders daar iets van vinden kon.
En dan de gloeiend hete dagen die volgden. Het opzichtige negeren van elkaar in het gezelschap van een derde. Het haastige begeren achter een archiefkast in de kelder. Allemaal voorbij.
Om nog maar van de teamuitjes te zwijgen – mijn god hoeveel mensen hebben de moeder of vader van hun kinderen niet gevonden tijdens het abseilen of een uit de hand gelopen karaokesessie? – allemaal voorbij. Wij zullen nu gedwee en kuis onze werkgevers dienen. Aan de ketens van de professionaliteit geklonken, nooit meer smachten of lonken in de baas zijn tijd maar wel, eindelijk, dat wel, heel erg goed worden in excell.
En men zal zeggen dat de wereld weer een stukje rechtvaardiger is. Ik zeg: de liefde verliest, zoals altijd.
*
Deze column is ook terug te luisteren.