Zoeken
Ik heb geleefd #14. Ingeborg (42) leeft met hersentumor: Ik vind de dood een ontzettende K.U.T-uitvinding
IK HEB GELEEFD. Annemarie Haverkamp praat met mensen over hun leven en het einde dat nadert. Ingeborg van Beek (42) heeft een hersentumor en leeft in de wetenschap dat ze niet oud wordt. ,,Ik vind het leven een GEDOE, met knipperende hoofdletters.’’

Ik heb geleefd #14. Ingeborg (42) leeft met hersentumor: Ik vind de dood een ontzettende K.U.T-uitvinding

Gepubliceerd op 26 februari, 2019 om 00:00

"Ik vind de dood een ontzettende K.U.T-uitvinding. Ik weet niet of dat in de krant mag... Schrijf anders dat het een klote-uitvinding is. Een ruk-uitvinding! Vooral als je jonge kinderen hebt."

Haar jongste was tien weken toen bij Ingeborg van Beek (42) een hersentumor werd geconstateerd. Ze had een epileptische aanval gekregen tijdens het voeden van de baby. Werd per ambulance naar het ziekenhuis gebracht. De kanker in haar hoofd bleek van het dodelijke soort en niet veel later lag ze op de OK. ,,Bij de operatie is meer dan 90 procent van de tumor weggehaald. Het restje dat achterbleef groeit, maar nog niet zo hard dat een vervolgbehandeling moet worden ingezet."

Levenshaast

Leven in de wetenschap dat je niet oud wordt, hoe doe je dat? Ingeborg schreef er in 2016 een indringend boek over: Levenshaast. De titel verwijst naar haar ‘aandoening’. Een psycholoog stelde bij haar de diagnose ‘levenshaast’, ofwel de drang om als een bezetene door het leven te razen. De Amsterdamse Ingeborg (geboren Brabantse) vluchtte in haar werk als communicatieadviseur op de Zuidas, was niet weg te slaan van feestjes en dook het bed in met een collega. Gevolg: een echtscheiding en een gebroken hart.

,,Ik heb schade aangericht’’, zegt ze over die periode. ,,Het feit dat jij eerder doodgaat dan de rest mag nooit een vrijbrief zijn om je hufterig te gedragen.’’

 

'Ik hoef echt niet te sterven als een Mahatma Gandhi, maar ik zou wel graag iets goeds willen achterla­ten'

 

 

Gedoe

Inmiddels leeft ze meer dan vijf jaar met haar hersentumor. ,,Schoorvoetend moet ik toegeven dat ik die eerste jaren nergens de moed vandaan kon halen om mijn lot onder ogen te zien. Nu probeer ik dat wel te doen, zonder die kanker meteen een hoofdrol te geven.’’

Ze zucht. Want het is ‘fucking moeilijk!’ ,,René Gude, de Denker des Vaderlands die ook doodging aan kanker, zei: ‘Leven is een gedoetje.’ Nou, ik vind het een GEDOE, met knipperende hoofdletters.’’

Ingeborg staat op om wijn uit de keuken te halen. Ze hoopt, zegt ze bij terugkomst, dat haar voldoende tijd gegeven is om een versie 2.0 van zichzelf te worden. Ze wil zich senang voelen, minder egoïstisch zijn, de mensen die ze liefheeft met respect behandelen en haar kinderen op één zetten.

Trouwen met vriendinnen

Ze werkt aan een tweede boek. Misschien gaat het wel Levensrust heten. Want ja, er ís meer rust. Ze hoeft niet meer obsessief te parachutespringen, en af en toe een avond op de bank zitten navelstaren lukt ook steeds beter. Voor hersentumor.nl organiseert ze binnenkort een evenement om geld in te zamelen. ,,Ik hoef echt niet te sterven als een Mahatma Gandhi - dat lukt me ook nooit, haha - maar ik zou wel graag iets goeds willen achterlaten.’’

Stapje voor stapje komt ze in de buurt van de verbeterde Ingeborg. In 2017 trouwde ze symbolisch met haar tien vriendinnen. In een bruidsjurk en met een ring om haar vinger waarin de namen van de meiden staan gegraveerd. Omdat zij er altijd zijn en haar begeleiden in die zoektocht naar ‘senangiteit’ - terwijl ze dat rare woord uitspreekt, schiet Ingeborg alweer in de lach.

,,Weet je, ik denk dat niemand senang de kist in gaat.’’ Ze schenkt wijn bij. ,,Ja, misschien als je 103 bent...’’

Kinderen

Haar kinderen zijn nu 5 en 7. Zij hebben niet gevraagd om een moeder die vroeg doodgaat en dat vindt ze zó oneerlijk. Hoe ziek zij is, weten ze niet. Als ze uit het ziekenhuis komt na een controle, vertelt ze samen met haar ex, met wie ze co-ouderschap heeft, dat mama voorlopig niet terug hoeft. En dat dat fijn is. ,,Mijn zoontje van 7 zegt dan ook iets als ‘fijn’. Mijn dochter speelt gewoon verder met My Little Pony.’’

En eigenlijk is dat óók weer heel fijn, vindt Ingeborg. Kinderen leven in het nu, iets waar grote mensen ontelbaar veel mindfulnesscursussen voor nodig hebben.’’

Menukaart

In die beginjaren beet ze zich erin vast: ze moest en zou haar kinderen 16 zien worden. ,,Nu probeer ik dat soort dingen los te laten. Want ik weet het gewoon echt niet. Toen ik net ziek was, vielen termen als een gemiddelde prognose van acht jaar. Maar dan zou ik over tweeënhalf jaar dood zijn. Dat gaat echt niet gebeuren. Als de tumor harder begint te groeien, is er nog een heel menu aan keuzes.’’

Weer klinkt die schaterlach. ,,Zo zeiden ze het echt in het ziekenhuis. Een menu! Ik dacht: wat héérlijk, mag ik de dessertkaart ook even zien? Maar die dessertkaart is natuurlijk de kist, daar zal vast geen tiramisu op staan.’’

Met chemo’s en bestralingen kan ze tijd kopen. Ze heeft nog een boek te schrijven, kinderen om pizza’s mee te maken. ,,Mijn ex komt ze zo brengen, we eten samen. Hij is echt een schat. Kon ik maar vast op mijn eigen uitvaart tegen iedereen zeggen: ‘Sorry voor alles, ik heb het wel goed willen doen, maar het is me gewoon niet altijd gelukt.’’’
 

Wil jij ook jouw verhaal vertellen? Mail naar annemarie@persgroep.nl

 

Auteurs
Auteur: Annemarie Haverkamp

Annemarie Haverkamp (1975) is schrijver en journalist voor diverse kranten en tijdschriften. Met haar debuutroman De achtste dag won ze zowel De Bronzen Uil 2019 als de Anton Wachterprijs 2020. Ze is hoofdredactrice van universiteitsblad Vox en columniste bij De Gelderlander.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: