Wettig en overtuigend bewezen (6): Dit is geen kwajongensstreek meer, maar een aanslag
“Weer eens wat anders dan een winkeldiefstalletje, om mee te beginnen,” zegt de rechter tegen Jorn als ze zijn persoonlijke omstandigheden doorneemt. In zijn negentienjarige leven is hij nog nooit veroordeeld en nu staat hij opeens terecht voor het plakken van vuurwerkbommen tegen de ramen van twee huizen. Zijn twee vrienden stonden op wacht en moeten zich later vandaag verantwoorden.
“Glasgerinkel, splinters overal, rookwolken, een heuse aanslag. Wie doet nou zoiets?” zegt de Officier van Justitie. Dat vraagt Jorn zich nu ook af, terwijl hij de actie op 9 december 2018, de avond ervoor, aankondigde met een appje: Ik zeg één woord: BOEM! Dat maakt Jorn ook zo’n raadsel: op het oog een poeslieve jongen (“laat in rijping”, aldus de Reclassering), maar uit appjes, Facebook Messenger en verklaringen van vrienden stijgt een ander profiel op: een crimineel die erop los dreigt en wild is van ontploffingen.
Zijn vrienden en medeverdachten Nick (19) en Noël (18) zijn op hun beurt ook een raadsel: op het oog stoere jongens die tot zoiets in staat zijn, maar juist zij verklaarden dat ze Jorn probeerden tegen te houden. Althans, als het om de tweede ontploffing gaat. Want die eerste was al zo hard. Nick en Noël hebben als xtc-dealers met een strafblad de schijn tegen zich. Ze zitten sinds het gebeuren vast, terwijl Jorn na 33 dagen op vrije voeten kwam en weer thuis ging wonen. Deze vrijdag, 22 maart 2019, worden ze stevig aan de tand gevoeld in de rechtbank te Alkmaar.
Waar overeenstemming over is, is dit: Jorn, Nick en Noël woonden op kamers bij een man in Julianadorp. Op 8 december 2018 werd daar een ruit ingegooid. De verdenking ging uit naar Job, een jongen waar Noël in het uitgaansleven woorden mee had. Bij Jobs familie ging de eerste vuurwerkbom af. Kort daarna bij het ouderlijk huis van zijn vriendin in Den Helder. Waarom zij doelwit was? Het werkte in ieder geval tegen haar dat ze de vriendin van Job is, en dat ze al een tijdje ruziede met Jorn. Zij ontving ook dat BOEM-appje. Jorn heeft het aanbrengen en afsteken van beide vlinderbommen (aangemerkt als illegaal vuurwerk) bekend. En Nick dat hij het vuurwerk heeft aangeschaft. Noël geeft toe dat hij het plan mede heeft beraamd. Gedrieën reden ze naar het eerste adres, op gestolen fietsen. “Samen uit, samen thuis,” zegt Noël daarover.
Handelde Jorn uit eigen beweging? Of beging hij dit misdrijf, zoals het Openbaar Ministerie aanneemt, onder invloed van zijn criminele vrienden? Jorn nam direct de schuld op zich. Pas later zei hij dat hij gepest werd door zijn ‘vrienden’. En dat hij het vuurwerk tegen de ruit moest plakken omdat zijn vingerafdrukken nog niet bij de politie bekend waren. Nick en Noël beroepen zich vaak op hun zwijgrecht en blijken thuis in het justitiële jargon, zoals ‘RC’ voor rechter-commissaris.
De vader van Job mag een slachtofferverklaring voorlezen. Hij staat op uit zijn stoel en neemt plaats achter een microfoon. “Onze woonkamer werd net als in de film omgedoopt tot plaats delict,” vertelt hij over de uren na de ontploffing. “Alleen was dit de keiharde werkelijkheid. Mijn zoon sliep de week erna op de bank, hij voelde zich schuldig over het leed dat ons werd aangedaan.” De vader praat tegen de ruggen van de verdachten. “Wat heeft onze hond jullie aangedaan? Ze lekt nog steeds uit haar ogen vanwege de splinters. Volgens de technische recherche had de vuurwerkbom de kracht van een handgranaat. Het glas had onze lichamen kunnen perforeren.” Dan is de vader van Jobs vriendin aan de beurt. Ook in zijn huis was een ravage. ‘Waarom???’ staat er vetgedrukt op zijn papier. “Jullie weten niet wat jullie ons hebben aangedaan. Dit is geen kwajongensstreek meer, dit is een regelrechte aanslag.”
De rechtbank doet op 5 april uitspraak. In deze Meervoudige Strafkamer zit namelijk twee weken tussen de laatste zitting en het vonnis. De officier eist 18 maanden cel, waarvan 6 voorwaardelijk voor Noël. Voor Nick vraagt ze toepassing van het adolescentenstrafrecht omdat hij kinderlijker is: 12 maanden cel, 6 voorwaardelijk. Jorn, die in januari al vrijkwam, hoeft niet meer terug de cel in. De officier is ervan overtuigd dat Nick en Noël hem tot op zekere hoogte in zijn macht hadden. Alledrie moeten ze verplicht in therapie. En voor Nick en Noël eist de officier een contactverbod van enkele maanden zodra ze vrij zijn. Los van elkaar zouden ze beter aan hun toekomst kunnen werken.
We kennen elkaar al vanaf ons tiende, werpt Nick tegen. Hij heeft een mapje met in de gevangenis behaalde certificaten meegenomen om de rechter ervan te overtuigen dat hij goed bezig is. “Het was een domme fout,” zegt hij. “Een ruzie die tot zoiets groots uitgroeide. Ik had Jorn tegen moeten houden. Maar ik vind dat ik wel lang genoeg gezeten heb. Ik wil weer naar buiten. Mijn leven staat hier stil.”