Zoeken
Ik heb geleefd #23. Tjeerd (66) hoeft geen chemo meer: 'Ik heb liever kwaliteit van leven'
Annemarie Haverkamp praat met mensen over hun leven en het einde dat nadert. Tjeerd Teijema (66) heeft bedankt voor de laatste chemobehandeling. Toen de dokter hem het A4-tje met bijwerkingen overhandigde, zei hij nee. “Ik heb liever kwaliteit van leven dan dat ik twee maanden langer ademhaal.”  

Ik heb geleefd #23. Tjeerd (66) hoeft geen chemo meer: 'Ik heb liever kwaliteit van leven'

Gepubliceerd op 30 april, 2019 om 00:00

Hij weet waarover hij praat. Op het moment dat de dodelijke tumoren op zijn longen zich vorig jaar openbaarden, had hij al een hoop ziekte-ellende achter de rug. Het begon in 2014 met een tumor in zijn endeldarm. Na een operatie en een stoma - inmiddels verwijderd - dook de kanker op in zijn mond. “In het ziekenhuis boden ze me 35 bestralingen en drie chemo’s aan. Ik kreeg de waarschuwing dat het enorm zwaar zou worden. Ze wisten dat ik uit Friesland kwam, de arts zei: "vergelijkbaar met twee keer de Elfstedentocht van 1963”
 

Efstedentocht
Zwaar werd het. Na de reeks bestralingen lag zijn hele gezicht open, van binnen en van buiten. “Alles was verbrand, het zag er niet uit en ik verging van de pijn.” Tjeerd kon niet meer eten, hij kreeg een sondeslang in zijn neus. “Maar,” zegt hij, “aan het eind van de rit werd ik wel genezen verklaard. Daar deed ik het voor.”
Even over die Elfstedentocht van 1963: die herinnert de Fries zich nog goed. De meester van school deed mee, de klas mocht naar de radio luisteren. De leraar kwam tot Harlingen, daar werd hij van het ijs gehaald. Vanwege de barre omstandigheden haalden maar zo’n zeventig toerrijders de finish. Meer dan twintig jaar later, in 1985, zou Tjeerd de tocht der tochten zelf gaan rijden. Helaas kreeg hij voor de grote dag een ongeluk waardoor hij zijn startbewijs niet kon verzilveren. In 1986 en 1997 was hij er wel bij, als toeschouwer. “Het is één groot feest. Wat carnaval is in het zuiden, is de Elfstedentocht in overtreffende trap voor de Friezen.”
 

Boerenzoon
Tjeerd Teijema groeide op als boerenzoon in Hemrik, een gehucht tussen Drachten en Heerenveen. Hij wilde niet studeren. “Dan moet je gaan werken,” zei zijn pa. 19 jaar was hij toen hij bij zijn vader in de maatschap kwam. Boer was het mooiste beroep van de wereld. “We hadden 120 melkkoeien, voor die tijd was dat veel. Steeds konden we uitbreiden of verbouwen. Als ondernemer vond ik dat leuk. We hadden alle vrijheid.”
Hij laat foto’s zien. Tjeerd als hoogblond knaapje op een tractor, Tjeerd als jonge vent op zijn rug bij een zieke koe. “Ik moest haar liggend melken.”
Hij is blij dat hij vandaag de dag geen boer meer is. De beroepsgroep ligt constant onder vuur. Vanwege regels uit Den Haag en Europa is administratie een dagtaak geworden en wordt het steeds moeilijker een goede boterham te verdienen. Daarbij is het imago van de boer niet best. “Alsof boeren niet van hun dieren zouden houden. Ik herinner me mijn moeder, die stond te huilen tussen de kalfjes toen er salmonella was uitgebroken.”
 

Wethouder
Tjeerd verkocht zijn bedrijf op tijd. Hij kon wethouder voor de VVD worden in de gemeente Opsterland. Zijn huwelijk strandde en dat leidde uiteindelijk tot zijn vertrek uit de meest noordelijke provincie van het land. “Ik kwam Gerda uit Vlaardingen tegen. Zij had twee jongens thuis en het werd me snel duidelijk dat ik degene zou zijn die het beste kon verhuizen.” Tjeerds dochters woonden al op kamers.
“Ik kende hier niemand, maar ik heb er nooit spijt van gehad,” vertelt hij. In de gemeente Cromstrijen werd hij raadsgriffier, zat hij toch nog een beetje in de politieke hoek. Hij is er trots op dat hij zich zowel in het westen als in het noorden heeft kunnen handhaven. “Ik ben altijd mezelf gebleven. Gewoon eerlijk. Voelde me nooit beter dan een ander.”
 

Cruise
De kanker noopte hem zijn baan op te geven. Een tijd lang was hij stabiel - "Gerda en ik hebben nog een cruise gemaakt" - tot vorig jaar dus die tumoren in zijn longen werden gezien. Nu is er geen hoop meer. “Ik heb soms vreselijk veel pijn. Ik slik morfine, maar daar word ik ontzettend moe van. En ik mag niet meer autorijden, dat mis ik heel erg.”
 

Afscheid nemen
De dood vreest hij niet. Maar telkens weer afscheid nemen van dingen die vanzelfsprekend waren, valt hem zwaar. De auto moet in de verkoop, fietsen gaat niet meer... “Ik gaf van alles weg: flessen wijn, boeken. Dat mag niet meer van Gerda. Anders blijf ik straks met een leeg huis zitten, zegt ze. Alles wat leuk is gaat eraan. We gingen graag uit eten, kan ook niet meer. Ik zit nu de hele avond boven een sneetje brood.”
Met familie was hij afgelopen zomer in Friesland. Hij vertelde zijn kleinzoon dat hij in 1963 zijn initialen had gekerfd in een beukenboom bij de boerderij waar hij opgroeide. Ze gingen kijken en wat denk je? De boom stond er nog, mét initialen.
 

Wil jij ook jouw verhaal vertellen? Mail naar annemarie@persgroep.nl

Auteurs
Auteur: Annemarie Haverkamp

Annemarie Haverkamp (1975) is schrijver en journalist voor diverse kranten en tijdschriften. Met haar debuutroman De achtste dag won ze zowel De Bronzen Uil 2019 als de Anton Wachterprijs 2020. Ze is hoofdredactrice van universiteitsblad Vox en columniste bij De Gelderlander.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: