Ik heb geleefd #28. Romy (33): Ik heb altijd wel geweten dat ik niet oud word
Ze vertelde niemand over haar zwangerschap, maar haar moeder had iets in de gaten. “Ik ontkende keihard,” zegt Romy (33). “Ik heb zelfs geroepen dat ik nog maagd was.” Haar moeder kocht een zwangerschapstest en haar vermoeden bleek juist: Romy had een kindje in haar buik.
‘Dit kind hoort bij mij’
‘De zwangerschap afbreken’ was de eerste reactie van haar vader, die de toekomst van zijn dochter in rook zag opgaan. Maar Romy was heel stellig: dit kind hoort bij mij. Vanaf het begin geloofde zij dat er een reden was dat ze zo jong moeder zou worden. Toen ze eind vorige zomer hoorde dat ze uitgezaaide borstkanker had waarvan ze niet meer kon genezen, viel voor haar alles op zijn plek. “Zie je wel, dacht ik, ik word niet oud. Het klopt.”
Zoon Sjonnie staat deze ochtend aan het aanrecht zijn tas in te pakken. Een paar minuten later fietst hij in het Brabantse Asten de betegelde achtertuin uit, op weg naar school. Romy kijkt hem na. “Hij doet dit jaar eindexamen vmbo.” Sjonnie is nu net zo oud als zij was toen ze zwanger werd. Met een glimlach zegt ze dat ze inmiddels weet hoe lastig het is om een eigenwijze puber aan te sturen. Haar ouders hadden het niet gemakkelijk met haar. “Maar ze zijn een enorme steun geweest. Ze hebben zelfs het huis verbouwd om een slaapkamer voor hun kleinzoon te maken.”
Veel geregel
Twee maanden voor de bevalling haalde ze haar mavodiploma. Ze bleef nog twee jaar met Sjonnie bij haar ouders wonen terwijl ze studeerde. Tienermoeder zijn was veel zwaarder dan ze zich had kunnen voorstellen. Niet vanwege het ouderschap, maar door al het geregel eromheen. Een opleiding volgen, een huis vinden. “Op mijn zeventiende ben ik door de rechter meerderjarig verklaard, zodat ik de volledige voogdij kreeg en zelfstandig kon gaan wonen. Je hebt in zo’n situatie geen idee wat je rechten zijn.”
Doosje vol herinneringen
Ze kreeg een tweede zoon, Tommie. Die is nu 12. Sinds september weet Romy dat ze haar kinderen niet lang meer zal meemaken. De kanker bleek ook in haar botten en lever te zitten. Ze is blij, zegt ze, dat haar zoons inmiddels een aardig eind op weg zijn naar volwassenheid. Dat ze herinneringen hebben aan haar. Een paar jaar geleden verliet ze hun vader.
Om de verzameling herinneringen uit te breiden, heeft ze voor haar kinderen boekjes gekocht waarin ze schrijft over haar jeugd, over hoe ze in het leven staat en over wie ze is. “Ik belde een nichtje dat op jonge leeftijd haar moeder verloor en vroeg op welke momenten zij graag iets van haar had willen lezen. Nu schrijf ik naast de teksten in die boekjes ook persoonlijke brieven die ik in een herinneringsdoos stop. Mijn zoons kunnen ze lezen als ze trouwen of vader worden.”
Tienermoeders helpen
Met haar nieuwe partner had ze ook graag nog een baby gekregen. Dat het er door haar ziekte niet van zal komen, vindt ze heel verdrietig. “Maar achteraf ben ik ook blij dat er geen derde kind is dat zijn moeder moet gaan missen.”
Het leven met kanker is al ingewikkeld genoeg. Stoppen met werken viel Romy zwaar. Ze had net een jaar haar droombaan te pakken: verpleegkundige in de ambulante nachtzorg. Daarvoor werkte ze acht jaar in de terminale nachtzorg. Ze begeleidde stervenden en hun families in de donkerste uren. Naast het voeren van intensieve gesprekken met de cliënt, verrichtte ze de laatste zorg als iemand net was overleden. “Heel dankbaar werk.”
Dat gevoel van nuttig zijn, mist ze nu. De dagen thuis kunnen lang zijn. Op de bucketlist die ze heeft gemaakt, staat onder meer ‘tienermoeders helpen’. Zodra ze zich wat fitter voelt, wil ze uitzoeken wat ze voor jonge meiden kan betekenen. Al was het alleen maar haar verhaal vertellen. “Je leven houdt niet op zodra je zwanger wordt. Je leven begint! Alleen heb je er iemand bij om voor te zorgen.”
Fotoboeken
Zo lang ze er nog is, wil ze leuke dingen doen met familie, vrienden en lotgenoten. Foto’s van dagjes weg en vakanties plaatst ze op Instagram, als een soort dagboek. “Dat helpt me positief te blijven. Soms ben ik doodmoe, dan lig ik in bed en maak ik met mijn telefoon fotoboeken via de app en geniet ik nog na.”
Romy vreest het moment dat ze haar kinderen moet loslaten, maar de dood zelf jaagt haar geen angst aan. Tijdens haar werk in de terminale nachtzorg zag ze tientallen mensen uit het leven wegglijden. Haar uitvaartwensen - kist, muziek, bloemen - legde ze jaren geleden al vast. Ze zei het al, het idee dat ze vroeg zou sterven heeft ze altijd met zich meegedragen.
Wil jij ook jouw verhaal vertellen? Mail naar annemarie@persgroep.nl