Wettig en overtuigend bewezen (18): Robert heeft zijn leefstijltraining gemist
Sommige verdachten proberen in het gevlei bij de rechter te komen, anderen geven helemaal niks om het beeld dat de magistraat van hen krijgt. Zo iemand is Robert, een twintiger die al de hele tijd door de voordracht uit zijn strafdossier heen zit te praten. “Hou nou effe je waffel,” zegt de Rotterdamse rechter. “Ik heb geen waffel,” reageert Robert. Hij zit hier weer omdat hij zijn werkstraf, opgelegd wegens belediging van een agent en verzet bij arrestatie, niet naar behoren uitvoerde.
“Waffel, dat is uw mond,” legt de politierechter uit, terwijl hij zich weer op het dossier richt. Hij noemt de data waarop Robert volgens de reclassering niet is komen opdagen. “Ook van uw leefstijltraining heeft u veel gemist.” Dan valt hij over een verklaring van een psycholoog die Roberts “middelengebruik” niet problematisch genoeg vond om hem te laten behandelen door verslavingszorg. De rechter: “Wij vinden dat ieder gebruik van de middelen die u gebruikt te veel is.” Om wat voor drugs het precies gaat, zegt hij niet. “U doet gewoon waar u zin in heeft. Ja, dan gaat het fout hè, als u zo in het leven staat.” De rechter doet zijn handen uiteen: “Waarom?!”
Robert voelt zich niet geroepen op die vraag te antwoorden. De ‘waffel’ zit hem nog steeds niet lekker. Wat zou er gebeuren als hij zich hier zo zou uiten, vraagt hij zich hardop af. “Dan vlieg je er gelijk uit!” antwoordt de rechter. “Realiseert u zich wel dat u straf heeft gehad?” Robert: “Het ging meer dan een jaar goed en toen kwamen er allemaal moeilijkheden.” Daar kan de rechter niet zoveel mee. “Afijn!” zo kapt hij Robert af, en geeft het woord aan de officier van die justitie. “Ik zie bij u een patroon van komen als het u goeddunkt en niet komen als u geen zin heeft,” steekt zij van wal. Haar eis: tenuitvoerlegging van de vier weken vervangende hechtenis die aan de werkstraf hing.
“Uw verhaal overtuigt niet,” zegt de rechter tegen Robert. “Ik leg u vier weken gevangenisstraf op.” Binnenkort zal hij daarvoor opgeroepen worden. Dan kan hij zich melden aan de gevangenispoort. Robert is het daar duidelijk niet mee eens. Hij moppert binnensmonds en staat dan op. “Sukkels,” zegt hij en schopt een paar keer zachtjes tegen de deur voordat hij de klink naar beneden duwt. De magistraten kijken elkaar hoofdschuddend aan. “Hij stonk naar de drank,” zegt de politierechter.
Een eerdere versie van dit rechtbankverhaal is verschenen op nrc.nl.