Zoeken
Ik heb geleefd #52: Charl kreeg leukemie en begon koekjes te bakken: ‘Dat was mijn redding’
In de serie ‘Ik heb geleefd’ praat Annemarie Haverkamp met mensen over hun leven en het einde dat nadert. Charl was marathonloper, tot er leukemie bij hem werd ontdekt. De ziekte maakte hem zachter. In het begin kwam hij zijn huis niet meer uit, door de Koekjesbijbel veranderde dat volledig. ‘Ik dacht: ik moet wat gaan doen!’

Ik heb geleefd #52: Charl kreeg leukemie en begon koekjes te bakken: ‘Dat was mijn redding’

Gepubliceerd op 17 februari, 2020 om 00:00

 

Charl Laumen (62) verontschuldigt zich dat hij deze ochtend geen koekjes heeft gebakken. ‘Geen tijd voor, ik moest voor onderzoek naar het ziekenhuis.’ Over twee dagen weet hij of de leukemie de kop weer heeft opgestoken. Dat de ziekte zich opnieuw zal openbaren is zeker, de vraag is wanneer. In plaats van verse koekjes, serveert Charl vandaag dus bonbons. Naast het schaaltje ligt de Koekjesbijbel, zijn heilige boek. Het werk veranderde zijn leven.
 

Koekjes

Maar eerst terug naar ruim een jaar geleden. De Arnhemse marathonloper kreeg na een reeks vage klachten de diagnose leukemie. Doodziek was hij, uitgeput. Hij kwam zijn huis niet meer uit. ‘Dan ga je eens in je boekenkast kijken. En daar stond hij: de Koekjesbijbel. Ik had het receptenboek nog nooit eerder gezien. Geen idee hoe ik eraan kom.’

Charl lacht een aanstekelijke lach, zoals hij nog vaak zal doen tijdens het gesprek. Hij vertelt hoe hij het boek pakte en begon te bladeren. Nog nooit had hij koekjes gebakken, maar plotseling leek het hem wat. ‘Ik dacht: ik moet wat gaan doen!’

 

Bakken in het café

Om koekjes te bakken, moet je de deur uit. Charl woont 200 meter van de Jumbo. Zelfs als je ziek bent, is dat te doen. ‘Ik moest suiker kopen, of een citroen. Het voordeel van bakken is dat je allerlei instructievideo’s op YouTube kan vinden, die bekeek ik vanuit mijn bed.’

In het begin mislukte alles, vertelt Charl, en hij schatert het uit. Koekjes bakken komt heel nauw, weet hij nu. Maar het was zijn redding. Door zijn nieuwe hobby kregen zijn dagen structuur en bouwde hij langzaam weer conditie op. En alsof het zo moest zijn, opende afgelopen december een nieuwe cadeauwinkel annex café aan het eind van de straat. ‘Ik had meteen een klik met Chantal, de uitbater. Ze vroeg: “Waarom kom je niet bij mij bakken?”’

 

Taarten

Even later wandelen we samen naar het café. De zaak is gesloten, maar als we onze neus tegen het raam drukken, kunnen we de vitrine zien met daarin een paar van Charls taarten. Op zijn telefoon toont hij foto’s. Vlaaien, chocoladekoekjes, hartige gebakjes.

Tot hij ziek werd, werkte Charl Laumen bij het Leo Kannerhuis, een organisatie voor mensen met autisme. Hij bezocht veel cliënten thuis. En toen opeens bam! –  einde werkend bestaan. Dankzij zijn baksels telt hij weer mee. ‘Anders ben je alleen maar patiënt, dat is echt niks.’

 

Koken voor de buren

Charl heeft veel contacten in de straat, de achtertuintjes komen uit op een gezamenlijke binnentuin. In het begin bood iedereen aan voor hem te koken. ‘Dat wilde ik niet. Ik wilde zelf bezig blijven.’ Nu is het dus andersom: hij kookt voor de straat. ‘Deze buren houden van vis,’ zegt hij wijzend als we langs de huizen lopen. Zijn achterdeur staat altijd open. Soms eten ze met een clubje samen –  glaasje wijn erbij. Gezellig.

Een paar jaar geleden scheidde Charl van zijn vrouw. Ze hebben goed contact hoor, haast hij zich te zeggen. Nu hij leukemie heeft, zou hij er geen relatie bij kunnen hebben. Hij is veel te druk met zichzelf. Een half jaar chemotherapie had hem bijna genekt, zijn lichaam kon het niet aan. Hij is bang voor het moment waarop de ziekte weer gaat woekeren, een tweede kuur zit er waarschijnlijk niet in. ‘Ik ben te veel verzwakt.’ En dan? Dan is het gedaan met de vrolijke Arnhemmer. Over dat laatste stadium moet hij eens gaan nadenken. ‘Er woont een arts hier in de straat, die heeft beloofd me ermee te helpen. Samen praten over wat ik wil.’

 

Wandelen

Met een oude kennis wandelt hij elke dag een uur. Zijn maatje herstelt van een ongeval. ‘De lamme en de blinde,’ zegt Charl en hij lacht alweer. Dan, serieus: ‘Het hardlopen mis ik verschrikkelijk. Op zondagochtend naar Planken-Wambuis. Wild spotten. Op een gegeven moment wist ik precies waar de edelherten en de everzwijnen zaten.’

Fanatiek zijn wordt nu acuut bestraft. Heel soms tennist hij nog een potje. Deze week moest hij dat bekopen met een kotspartij. Niet meer doen dus. Beter houdt hij zich kalmpjes bezig met het baanonderhoud.

 

Verbinden

De ziekte heeft hem zachter gemaakt, vertelt hij. Hij denkt veel over de zin van het leven. Voor hem is dat: verbinden. Hij houdt ervan goede gesprekken te voeren en zoiets voor een ander te betekenen.

Een paar dagen later app ik Charl om te informeren naar de uitslag van het bloedonderzoek. Antwoord: ‘Helemaal oké’. Hij stuurt een foto mee van wafels met slagroom en aardbeien. Vanmorgen gebakken in het café.

 

***

Wil jij ook jouw verhaal vertellen? Mail naar annemarie@dpgmedia.nl
Dit artikel verscheen eerder in het AD
Annemarie Haverkamp won met haar roman De achtste dag de Bronzen Uil 2019, de Vlaamse literatuurprijs voor het beste Nederlandstalige debuut van het afgelopen jaar.

Auteurs
Auteur: Annemarie Haverkamp

Annemarie Haverkamp (1975) is schrijver en journalist voor diverse kranten en tijdschriften. Met haar debuutroman De achtste dag won ze zowel De Bronzen Uil 2019 als de Anton Wachterprijs 2020. Ze is hoofdredactrice van universiteitsblad Vox en columniste bij De Gelderlander.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: