Akwasi
Bij talkshow M mocht Akwasi reageren. Hij vertelde dat hij nooit werkelijk voor geweld zou pleiten, hoe die ene verbale uithaal op de Dam, domweg een uiting was geweest van opgekropte woede, pijn, wanhoop, verdriet, veroorzaakt door dingen die hij in de loop der jaren heeft meegemaakt. Wat die dingen waren: daar konden we ons allemaal hopelijk wel een voorstelling van maken na de racisme-beerput die de afgelopen weken was opengetrokken. Het waren in elk geval dingen die bij hem onzichtbare littekens hadden achtergelaten. Hij zou willen dat hij ze aan ons kon laten zien, zei hij. Bij die zin brak ik. Zelfs nu nog, nu hij online werd gelyncht door mensen die elke reden zouden aangrijpen om hem en de anti-racisme beweging in diskrediet te brengen en ten onrechte af te schilderen als een gewelddadige militie, zelfs nu nog was Akwasi bereid om de wortels van zijn pijn toe te lichten. Alsof hij ons ook maar enige verantwoording schuldig was. Dat was hij niet, maar hij zat er toch.
Wat ik in die zin hoorde: ‘Ik zou willen dat ik jullie in mijn hart kon laten kijken, zodat jullie konden begrijpen waar zo’n wanhoopskreet vandaan komt.’ Maar de woedende digitale menigte was niet bereid om in zijn grote hart te kijken. Liever geloofden ze in de kwaadaardige karikatuur van de gevaarlijke, angry black man, die ze de afgelopen dagen van hem hadden gemaakt. Eigenlijk precies het soort karikatuur dat het vuile, venijnige racisme symboliseerde waartegen Akwasi en anderen al jaren vreedzaam, met engelengeduld hadden gestreden. En nog altijd strijden, moet ik zeggen, want óók de demonstratie op de Dam was een toonbeeld van vreedzaamheid geweest. Laat dat vooral niet worden vergeten in deze valse framing.
Één onbeheerste verbale uithaal, na jarenlange zelfbeheersing. Dat was voor velen kennelijk genoeg om Akwasi als mens te definiëren. Denk daar eens over na. Eigenlijk zegt dat alles over racisme, over privilege of in dit geval beter gezegd: het gebrek eraan. Want zeg zelf: hebben we niet allemaal ooit in ons leven, in een opwelling van samenkomende emoties, van wanhoop, razernij, verdriet, pijn, iets agressiefs geroepen? Iets waarvan we daarna dachten: dat was fout, dat hadden we beter niet kunnen zeggen, maar typeert geenszins wie we zijn? Begreep niemand dat Akwasi, die temidden van 5000 mensen op een zeepkist op De Dam stond, diep geraakt door de grote opkomst, daags na de brute moord op een zwarte man in Amerika die op zijn netvlies stond gegrift, heel even, een paar seconden maar, de kracht niet kon opbrengen om zich verbaal in te houden? Mocht hij geen mens zijn?
Waarom draaide niemand het om? Waarom vroeg niemand zich af: jeetje, als zelfs Akwasi, die we al zo vaak op tv zagen, altijd zo kalm, groothartig, beheerst, bedachtzaam, liefdevol, geduldig, eloquent, als zelfs zo iemand zich op De Dam even zo laat gaan: hoe diep moet die pijn dan wel niet zitten? Hoe erg moet het wel niet gesteld zijn met dat racisme? Waarom was niemand bereid te kijken naar de pijn van een mens? Het antwoord: dat kwam niet goed uit.
Maar gelukkig zijn er ook heel erg veel mensen die iets anders zagen: Akwasi, een ongelofelijk moedige, liefdevolle, sterke, integere man, die heel even zijn littekens liet zien. Wij staan achter hem. #istandwithakwasi