Bier en worst
We zich in Zundert in een supermarkt begeeft waant zich in het voormalige Oost-Europa; de gangpaden zijn bevolkt door veelal vermoeide doch luidruchtige Polen, Bulgaren en Roemenen in vale werkkleding. Kijkend naar hun winkelkarretjes lijken met name bier en vlees populaire levensmiddelen te zijn. De meesten steken lange sigaretten op zodra ze de winkel uitlopen. Het lijken me mensen waar je goed mee kunt lachen maar geen ruzie mee wilt krijgen.
In Zundert zijn de PVV en FvD populair. Is die voorkeur gebaseerd op de angst voor de teloorgang van de eigen cultuur? Hoe kleiner de gemeenschap, hoe banger voor het onbekende, doorgaans. Maar wat die cultuur is wordt me nog niet duidelijk. In de winkelwagens van de Brabanders zijn evengoed opvallende hoeveelheden worst en bier te vinden, en al wandelend door Zundert ziet men veel nagelstudio’s en beauty salons.
Paradoxaal genoeg is cultuur onlangs zo goed als afgeschaft in Brabant, met onder andere FvD in de coalitie. Wat blijft er over ter verstrooiing? Bier en worst? Beauty salons en nagelstudio’s? Brood en spelen?
Zundert slaagt er goed in de mens af te leiden. De wereld staat in brand, maar hier staan de bloemen in bloei. Wanneer je het nieuws volgt lijkt die realiteit zich onder een stolp te bevinden. Het heeft iets doods. Black Lifes Matter hier misschien ook, maar de postbode is vooralsnog de enige zwarte man die ik heb gezien in dit dorp.
Ik ging ter rade bij mijn vriend, die ik wegens zijn visionaire aard al eens ‘de glazenbol’ noemde. Ik schreef hem: ‘Het schrijven lukt niet. De wereld, elders, is in oproer, demonstraties, corona, verschuivende wereldmachten, et cetera. Maar hier merk je daar niks van.'
Hij zei: ‘Het is een puinhoop in de wereld. Ik heb niet het idee dat je als mens veel grip hebt, maar wachten helpt ook niet.’