Brexit
Eerst loop je zonder hoop en vol vrees een duister steegje in en dan kom je plots in een weelderige binnentuin. Van dood naar levend. Een zekere verrijzenis. Tussen wat ongesnoeide planten tref ik een vrouw met kort haar. Haar lichaamstaal, uiterlijk en opgeruimde manier van spreken doen denken aan actrice Judi Dench als M in James Bond. Het zal mijn gebrek aan verbeelding zijn maar iemand die zo schoon is van alles, doet me wilde escapades in het huwelijk of op de dansvloer vermoeden.
We raken aan de praat. Ze vertelt dat ze in Nederland opgroeide en zeventien jaar voor de Engelse regering werkte. In Brussel onderhandelde ze de laatste jaren over de brexit. ‘Zonder opdracht moest ik erheen. Collega’s waar ik jaren nauw mee samenwerkte, zaten ineens aan de andere kant van de tafel. Ik moest een spel spelen, zonder dat de regels of het doel bekend waren.’
In 2017 stond er in De Standaard een artikel van Joris Luyendijk over zijn vertrek, na zes jaar, uit Engeland. Wie oppervlakkig kijkt zou kunnen denken dat de Britten op Nederlanders lijken, maar hij is van mening dat er geen volk is dat zo van de Nederlanders verschilt. 'Wij zijn bijna dwangmatig eerlijk. [In Engeland is] "zeggen waar het op staat" zo ongeveer een hoofdzonde.'
Met die hoofdzonde lijkt de huidige premier toch minder moeite te hebben. Het zou juist zijn succes kunnen verklaren.
In tegenstelling tot in Nederland en België, waar wordt geleefd bij de gratie van egalitarisme, heb je in Engeland een klassenmaatschappij. Luyendijk: 'De Nederlandse debatten eindigen altijd met een vroom: "We zijn er niet uitgekomen maar wat goed dat we in gesprek blijven". Debatten in Engeland eindigen met een winnaar. […] Een proces is pas afgesloten als er een winnaar is. De Engelsen noemden dat systeem "adversarial", doelbewust polariserend. Rechtspraak en politiek in het land zijn ernaar ingericht.' Daarom zijn Nederlanders en Belgen volgens Luyendijk ook extreem middelmatig op andere vlakken: 'Wij winnen nauwelijks Nobelprijzen en produceren geen mondiaal relevante denkers, romanciers, dichters, toneelschrijvers of historici.'
Het geworstel in Brussel van de Nederlandse die tegenover me zit, is begrijpelijk. Alles aan haar ademt diplomatie. Ze zegt dan ook: 'Intellectueel was het mijn interessantste baan ooit, emotioneel de zwaarste.' Tegenwoordig is ze de baas van een whiskyproducent.
Morgen zal ze terugvliegen naar Londen, waar ze twee weken in quarantaine moet. Net voor de vrouw in het steegje verdwijnt, vraag ik wat ze het komende jaar gaat doen. 'De crisis afwachten, denk ik,' zegt ze ondeugend.
Dan lost ze op in de schaduw. Hemelvaart op klaarlichte dag.