Boekaanbevelingen van Barry Smit: deze true crime lees je na De zaak-Mulder
De term true crime wordt vaak gebruikt voor buitenlandse non-fictie boeken, maar er zijn wel degelijk Nederlandse literaire romans geboren uit ‘ware misdaden’.
Het romandebuut van Thomas Roosenboom, Vriend van verdienste, baseerde hij op de Baarnse moordzaak. Twee miljonairszoontjes en een vriendje speelden een machtsspel met een leeftijdsgenoot en brachten hem uiteindelijk om het leven. Een lugubere geschiedenis die Roosenboom in zijn eigenzinnige stijl beschreef in een sterk psychologisch drama.
Peter Middendorp liet zich voor Jij bent van mij inspireren door de zaak-Marianne Vaatstra. De auteur trok voor zijn lezers duistere krochten in: hij kroop in het hoofd van de dader. Hoe kan iemand die bekend staat als een goede vader, een onschuldig kind iets gruwelijks aandoen? Wat gaat in iemand om die jarenlang een misdaad verzwijgt die zijn omgeving in een wurggreep houdt? Met zijn meesterlijke pen brengt Middendorp een mens tot leven dat even complex is als de werkelijkheid.
Louis Paul Boon dook voor het schrijven van De Zwarte Hand, zijn werk over de anarchistische groep die eind negentiende eeuw in Aalst en omgeving actief was, in de politie-archieven van de Vlaamse stad. Hij vond hier zoveel verhalen en personages die hij niet kwijt kon in De Zwarte Hand, dat hij besloot hier een apart boek van te maken. Dat werd Het jaar 1901, een kroniek van de marginalen in een fabrieksstad die leefden voor de kroeg, de kermis en het genot in de slaapkamer van een ander. Alles was los zat werd gestolen, vrouwen en meisjes waren nergens veilig en mannen gingen elkaar om weinig te lijf met het mes. Een klein en toch rijk boek van een groot vakman.
In de categorie non-fictie hoef ik eigenlijk niet te wijzen op de klassiekers In koelen bloede van Truman Capote, of Het lied van de beul van Norman Mailer, twee van de bekendste Amerikaanse true crime boeken. Verplicht leesvoer. Een boek dat ik van hetzelfde niveau acht, is Middernacht in de tuin van goed en kwaad van John Berendt. Het is iets lichtervoetiger, omdat het weliswaar om een moord draait, maar eigenlijk vooral om de excentrieke Amerikaanse stad Savannah en haar kleurrijke inwoners. Het is daardoor een fascinerend, maar ook erg grappig boek dat overloopt van de verhalen.
Twee jaar terug bracht Lebowski Ik zal verdwijnen in het donker uit, van Michelle McNamara. Hier is niets lichtvoetig aan, want de zoektocht van deze journaliste naar de Golden State Killer is adembenemend. De verkrachter en moordenaar wist decennia lang uit handen van de politie te blijven. McNamara beschrijft de verwoestende effecten van zijn misdrijven bij de slachtoffers, de niet aflatende speurtocht van een groep amateurdetectives, maar vooral ook de wijze waarop ze zelf tot op ongezonde hoogte geobsedeerd raakt. Ze overleed onverwacht zelf kort voor het boek klaar was, waardoor het door haar man Patton Oswald moest worden bezorgd. Ze maakte helaas ook niet mee dat twee maanden na het verschijnen de dader alsnog werd opgepakt, met behulp van DNA-onderzoek waar ze zelf ook haar kaarten op had gezet. De dader bleek een oud-politieman.
Ten slotte een geweldig, helaas niet vertaald, Amerikaans boek: A Bright and Guilty Place, van Richard Rayner. Het speelt zich af in het Los Angeles van de jaren ‘20 en ‘30, een jonge stad in de ban van de olie en toenemend in de greep van misdaadsyndicaten. Een jonge, knappe en succesvolle openbaar aanklager, vaak gezien met een filmster aan zijn zijde, wordt verdacht van de moord op ‘de Al Capone van LA’. Het is een reconstructie van een bijzondere moordzaak, maar vooral ook een coming of age-drama van een stad die van corruptie en dromen aan elkaar hangt. Het was even niet verkrijgbaar, maar is net weer heruitgegeven.
Meer over De zaak-Mulder.