NOG (3)
Zo lang dat elk slecht idee de norm werd, onaantastbaar met deze magische woorden: ‘Het is nu eenmaal zo.’
Bella is zes jaar en leeft op straat.
Ze is niet de enige.
Er zijn honderden zoals haar, verdeeld in fracties.
In deze stad beland van over heel het land.
Allemaal het ouderlijk huis ontvlucht uit pure verveling.
Hun technologisch voorsprong op hun vaders verstikkend.
De ontoereikende levenswijsheid van hun moeders verstommend.
Deze weggelopen kinderen vormen algauw een hechte gemeenschap.
Nooit vragen ze om een aalmoes.
In hun zakken zit toch meer cash dan bij welke voorbijganger ook.
Nooit is er een vuile vlek te bespeuren op hun zorgvuldig geselecteerde outfits.
Modemerken beginnen hun stijl te kopiëren en lanceren kleuterkleren voor volwassenen.
Modellen showen de veel te strakke collectie op hun knieën over de catwalk.
Maar deze rage duurt niet lang.
Een week, zoals alles.
Bella heeft zich aangesloten bij een groepje in het noorden.
De meest populaire van alle straatkindfracties.
Wegens de aanwezigheid van twee speelgoedwinkels, een ijsjessalon en op de gevel van een bankgebouw een gigantisch scherm die ze gehackt hebben en nu in plaats van beursnieuws constant tekenfilms toont.
De bank wil graag hun scherm terug, maar weet niet hoe.
Hun cybersecurityteam machteloos tegenover die zesjarige techneuten.
Met de moed der wanhoop komt de bankdirecteur smeken:
‘Hallo kindjes, jullie mogen op de server spelen, maar alstublieft van de centjes blijven, anders is het, moeilijk woord komt eraan, crisis. Weet iemand wat dat is, crisis? Nee? Dan moet deze meneer zelfmoord plegen. Weet anders iemand wat zelfmoord is, kindjes?’
Na zware onderhandelingen met veel verkleinwoorden zoals ‘risicoanalyseke’ en ‘meltdowntje’ wordt er afgesproken dat onderaan het scherm beursnoteringen mogen passeren tijdens de tekenfilms en dat de kinderen toegang krijgen tot de kluis omdat daar elke dag paaseieren worden verstopt door het bankpersoneel.
Want Pasen bestaat nog altijd in deze toekomst.
Maar volledig losgekoppeld van religie.
Teveel gedoe.
En ook omdat men erin geslaagd is om konijnen te kruisen met kangoeroes.
Deze gemuteerde beesten mogen dan één keer per jaar rondhuppelen met eieren in de buidel.
Zodat de oorsprong van die feestdag kan uitgelegd worden door gewoon naar die dieren te wijzen en te zeggen: ‘Zij zijn ermee begonnen.’
In dit tijdperk van nu en nog worden extra feestdagen verzonnen.
Zodat elke week tenminste één bezit.
Zo viert men ergens in januari Anti-Valentijn.
Een dag van fantastische haat voor je geliefde.
Met een hele industrie van gemene wenskaarten met zinnen als: ‘Ik heb jouw beste en schoonste jaren voor mij opgeëist en nu kun je niet meer beter krijgen. Voor altijd samen, want wie anders. Kusje.’
In maart viert men De Terugkeer van de Transhumanisten.
Zij die in de begindecennia van internet hun lichaam achterlieten
en virtueel het eeuwig leven hebben gekozen.
Elk jaar komen ze nog een keer op bezoek.
Hun identiteit gedownload in een robot met een batterijduur van zes uur.
Als verre familieleden komen ze foto’s tonen van het digitale landschap.
Dan komen ze zagen dat wij zo weinig langskomen.
En dat ze zo slecht slapen.
En dat ze zich vervelen.
En dat het altijd tocht op internet.
Elk jaar komen ze op bezoek en elk jaar is men blij dat het weer voorbij is.
Zoals een echt familiefeest hoort te zijn.
Maar Bella’s favoriete feestdag is Zinloze Zaterdag.
Een dag van kosmisch nihilisme.
Het idee dat de aarde allesbehalve het centrum van het heelal is,
maar dat het universum eigenlijk totaal niet in ons geïnteresseerd is.
Met enorme spots wordt dan het woord ‘SAAI’ tussen de wolken belicht en begroet iedereen elkaar met schouders ophalen.
Een dag van niks.