NOG (9)
Niemand in dit tijdperk wist nog precies wat die Dutroux gedaan had.
Maar de naam klonk beroemd en om toeristen te lokken was dat genoeg.
Heel die buurt was ook een tourist trap, terend op goedgevoelige travellers.
Zo stonden er kraampjes die gegarandeerd beweerden nog brokjes brein van Kurt Cobain te bezitten of restantjes van de Twin Towers tentoonspreidden.
Zo stonden er bekende horrorhuizen naast elkaar nagebouwd, toegankelijk voor het ganse gezin.
Dan kregen de kinderen een koptelefoon op voor de verbloemde versie.
“En hier legde de mama het kussen niet onder het hoofd van haar kind, maar erop. Oei; ik kan niet ademen, riep het meisje. Maar de mama was zo verstrooid dat ze het niet hoorde. Die malle mama’s toch.”
Maar op den duur wilden ook volwassenen die versie horen, vooral in de verkrachtingspanden.
Zo stonden er restaurants die authentieke gerechten beloofden, hoewel deze stad nauwelijks vijf jaar bestond.
Men smeerde dan maar tussen broodjes smurries gemaakt van gemalen afval, wel lokaal vergaard en om de stank tegen te gaan daarop gesmolten kaas.
Dit was sowieso een stad met een houdbaarheidsdatum, aan het aftellen vanaf de eerste steen.
Gebouwd om te verbrokkelen zoals een computer gemaakt is om te crashen.
Nooit een naam gekregen, wegens de moeite niet waard en nu haar laatste halfjaar ingegaan.
Elke dag verdween een volledige straat, de bewoners een uur ervoor weggehaald.
Met bussen weggebracht naar de volgende tijdelijke stad.
Het idee was zoals steeds het bang bedwingen van een bevolking.
Hen geen tijd gunnen en geven om aan iets anders te denken dan overleven.
De stad nog maar voor een fractie overeind en wat restte gestut door steigers.
De overblijvers zaten verzameld in wat ze hoopten de sterkste der constructies te zijn, de toeristische trekpleisters zoals de tempels voor de nog te verzinnen religies.
Allemaal met een basisuitrusting van offertafels en muurschilderijen van epische wezens zonder gezichten, met stiften om die nog in te kleuren.
’s Nachts kon men het gerommel horen van in elkaar zakkende huizen.
Als tijdens een bombardement, maar dan met de bommen weggegomd.
Bella belandde in deze pop-up stad na een verbroken relatie.
En het begon zo schoon, bijna als een droom.
Met de nadruk op bijna.
Hij, een man in de war, wat haar type wel was.
Hij, een man en de vader van haar kind die haar later vermoorden zal
Hij, net als haar, aan het uitbollen vanaf zijn zeven.
Toen hij, net als haar, de ultieme doelgroep was, toch voor even.
Vanaf hun achtste niet meer jong en hip genoeg voor reclamebeelden.
Vanaf dan geklasseerd als gedateerde volgers in plaats van voorbeelden.
In een wereld gericht op zevenjarigen zijn er een paar verschillen met vroeger.
Zo zijn scholen iets voor na de puberteit, wanneer een mens in staat is stil te zitten
en een beetje bezorgd wordt omtrent de toekomst.
Kinderen krijgen tot hun achttiende een uitkering als een soort omgekeerd pensioen.
Het leek eerlijker dan pas geld te geven aan het einde van het leven.
Kinderen mogen sparen of spenderen, iedereen kiest voor het tweede.
Dus na achttien jaar van pure luxe is natuurlijk alles opgesoupeerd
en verschijnen ze aan de schoolpoort wanhopig en gemotiveerd.
Bella zag hem op de eerste schooldag,
beiden net achttien, beiden op hun rekening geen centiem.
Samen met duizenden samengepropt in scholen die nauwelijks verscholen jobcentra waren waar enkel het hoogstnodige wordt onderricht zodat men na een jaar al werk vindt.
Iedereen die wat algemene kennis wil weten, wordt naar Google verwezen.
Met als resultaat de slimste generatie weliswaar die ooit heeft bestaan.
Niet door hun kennis van feiten, maar door de linken die hen verbinden.
Hun hoofden niet geboetseerd door wat hen is aangeleerd, maar gevormd door de grillige structuur van internet die hen doorheen alle mogelijke informatie stuurt.
Hun hyperlink-hersenen geïnteresseerd in het vreemdste, ongeacht echt of vals.
Zo weten ze alles over die geheime televisiezender die je pas vindt na precies snel genoeg zappen.
Een zender met programma’s die nergens anders te zien zijn,
zoals De Grote Crazy Fun Fun Fun Show,
wat gewoon een politiek debatprogramma is, met ministers en vragen over de actualiteit.
Maar het is ook een quiz waar die politici bij elke ronde 100.000 opgekochte stemmen kunnen winnen.
Zo corrupt als maar kan zijn, maar wel eerlijk over hoe corrupt het is en dus terug oké.
Het populairste programma is ‘macho’s zijn mietjes’.
Een verborgen camera-programma die foute venten viseert.
Zo werd er één stiekem impotent gemaakt met pillen en dan gedropt in een orgie waar iedereen een masker van zijn moeder droeg en “ocharme” tegen hem riep.
Sindsdien krast hij zichzelf bij elke seksuele gedachte.
(wordt vervolgd)