Niet hetzelfde als live
Als ik een borrel had die om 5 uur begon kwam ik niet fashionably late binnen, maar om 5 uur, zodat ik als ik om half 9 aftaaide kon zeggen: ja, maar ik was hier al om 5 uur. En dan racete ik naar huis voor Roemenië-Albanië.
Ik was altijd net op tijd voor de volksliederen, maar zodra de scheidsrechter had gefloten verdween elk gevoel voor urgentie, en ging ik met de wedstrijd als behang op de achtergrond andere dingen doen, bijvoorbeeld thee zetten, mail checken, masturberen, Wordfeuden of de was vouwen.
Heel vaak werd er gescoord terwijl ik net de deur van de afwasmachine had geopend om mijn hoofd erin te houden, bij wijze van stoombad. Dan rende ik met een dampende kop naar het scherm voor de herhaling, maar dat was toch niet hetzelfde als live.
Het EK boeit me niet genoeg om naar te kijken, maar ik vind het te belangrijk om te missen. Dus kijk ik half, vanuit een ooghoek.
Als mijn vader vroeger voetbal keek, moesten we stil zijn. Omdat hij zowel het Nederlandse als het Belgische én het Duitse voetbal volgde, moesten we vaak stil zijn. Misschien rebelleer ik nu tegen hem, door me uitdrukkelijk niet op dat wat er op het veld gebeurt te concentreren.
Soms zei een commentator iets grappigs. Gisteren gingen Portugal en Wales de rust in zonder dat er was gescoord. De commentator merkte op: ‘Als het 0-0 blijft zal één doelpunt mogelijk het verschil gaan maken’. Daar moest ik om glimlachen, en mijn vader in de hemel ook.
Deze week draagt Erik Jan Harmens elke nacht een verhaal voor op basis van de actualiteit, bij VPRO’s Nooit Meer Slapen op NPO Radio 1. Afgelopen nacht ging het over het noch kunnen kijken naar, noch willen missen van het EK Voetbal.