De verhalen in De landweg spelen zich grotendeels af op het Zwitserse platteland aan het begin van de twintigste eeuw, een tijdperk waarin het archaïsche en het moderne samenkomen. Ullmann laat haar personages worstelen in een onheilspellende wereld waar de dood, eenzaamheid en fragiele schoonheid alomtegenwoordig zijn. In elk verhaal toont zij zich een meesterlijk observator van de kwetsbare mens. Haar proza is eigenzinnig, mysterieus, haar stijl zintuiglijk; haar werk wordt vaak vergeleken met dat van Robert Walser.
Regina Ullmann (1884-1961) is een van de belangrijkste schrijfsters die Zwitserland heeft voortgebracht. Ze debuteerde in 1910, maar verwierf pas in 1921 bekendheid met De landweg, mede dankzij de hulp van Rainer Maria Rilke. Ze publiceerde in totaal acht boeken.