Amerika, 1873. De jonge Will Andrews stopt met zijn opleiding aan Harvard en trekt westwaarts op zoek naar avontuur, naar het echte Amerika. Als hij na een lange reis aankomt in het van God en iedereen verlaten dorp Butcher's Crossing in Kansas, neemt Andrews een ingrijpend besluit: hij gaat mee op wat een van de laatste grote jachten op de bizon zal zijn, een dier dat vrijwel uitgeroeid is door de handel in huiden.
De ervaren jager Miller leidt de expeditie naar een kudde van duizenden bizons in een verborgen vallei. Terwijl Miller als een bezetene in de weer is om elke nog levende bizon te doden, worden de mannen in het nauw gedreven door de snel invallende winter en leert Andrews meer van zijn land dan hij ooit had kunnen voorzien.
Elk aspect van Andrews' beproeving, van de langdurige paardrijritten over de verlaten prairie en het verbeten slachten van de vele bizons, tot de harde overlevingsstrijd in de ruige natuur, is beschreven in de onwaarschijnlijk mooie, sobere en heldere stijl van John Williams. Net als zijn succesroman Stoner straalt Butcher's Crossing, zoals The Times schreef, 'een veerkrachtig soort optimisme uit over ons vermogen om iets van waarde te redden uit de onmogelijke omstandigheden van het menselijk leven'.
John Edward Williams (1922-1994) schreef studieboeken, poëzie en vier romans, waaronder Butcher's Crossing (1960) en Stoner (1965). In 1950 begon Williams aan zijn doctorstitel Engelse Literatuur aan de University of Missouri. In 1955 werd hij aangesteld als hoofddocent creatief schrijven aan de University of Denver. Zijn romans bleven lang onopgemerkt door het grote publiek, maar verwierven na heruitgave van Stoner in 2006 internationale bekendheid.